Jobs lijden en zijn geduld
Er was een man en zijn naam was Job; en dezelve man was oprecht, en vroom, en godvrezende, en wijkende van het kwaad. Dat is vers 1. In de volgende verzen een opsomming van zijn rijkdommen: zoons, dochters, schapen, kamelen, ossen, ezelinnen en personeel. Maar Job wordt beproefd en verliest alles en iedereen. Moord en doodslag, een grote wind vanuit de woestijn, een vuur dat uit de hemel valt. Job scheert zijn hoofd, valt op aarde en treurt maar verliest zijn geloof niet. En hij zeide: Naakt ben ik uit mijner moeders buik gekomen, en naakt zal ik daarhenen wederkeren.
21 februari 2012